Afwijkingen per risicogroep

bedragen x € 1.000

We moeten tijdelijke maatregelen treffen voor de afvalwaterzorg in Oosterwold, totdat de definitieve riolering klaar is. Deze maatregelen leiden tot 2028 tot incidentele exploitatiekosten die wij niet kunnen betalen uit de rioolheffing. We betalen deze kosten dus uit de algemene middelen. Via afzonderlijke raadsvoorstellen (RV23006 en RV23225) zijn de kosten tot en met 2024 al in de begroting verwerkt. We nemen nu ook de incidentele exploitatiekosten na 2024 op in de begroting. En we treffen een risicoreservering van € 4,5 miljoen, zoals voorgesteld in het Raadsvoorstel Fasering, verrekening en dekking afvalwaterzorg Oosterwold (RV23225).

Zoals eerder aangegeven vinden we dat ook onze partners mede verantwoordelijk zijn voor deze kosten. We zijn daarom ook nadrukkelijk met ze in gesprek om duidelijk te maken dat een deel van de rekening bij hen hoort te liggen. We gaan er daarom vanuit dat het bedrag dat we nu in de begroting opnemen uiteindelijk lager wordt.

De beheerkosten van het riool, en de kosten die betrekking hebben op de aanleg van riolering, verwerken we wel in het tarief voor de rioolheffing. De rioolheffing zal hierdoor voor de hele stad stijgen. Ook de inwoners van Oosterwold die aangesloten worden op de riolering zullen rioolheffing gaan betalen.

Het coördinatieteam Oosterwold werkt als schakel tussen de gebiedsorganisatie en gemeente. Het gaat om gemeentelijke taken die wij niet mogen betalen uit het kostenverhaal Oosterwold. Tot en met 2022 betaalden we 1/3 van deze kosten uit het Fonds Verstedelijking Almere (FVA). We zijn er in de begroting vanuit gegaan dat dit ook in 2023 zo is. In de begroting van het FVA is daar alleen geen rekening mee gehouden, en dus geen ruimte voor. Dit leidt tot een knelpunt van € 150.000. Na 2023 moeten deze taken onderdeel zijn van de reguliere gemeentelijke taken en is een afzonderlijk coördinatieteam niet meer nodig.

Het evenement heeft in 2022 plaatsgevonden. In 2023 zijn er nog werkzaamheden geweest ten aanzien van de afbouw van het evenement. Vanaf 2024 vindt geen ambtelijke inzet meer plaats op de Floriade. Alle medewerkers hebben een andere functie gevonden, het resterende personeelsbudget kan vrijvallen.

De kosten voor de opvang van Oekraïense vluchtelingen in 2023 komen naar verwachting uit op € 31,6 miljoen. Op basis van de huidige regels vanuit het Rijk verwachten we € 48,1 miljoen aan baten. Per saldo een overschot van € 16,5 miljoen. Het overschot komt vooral omdat de normvergoeding van € 83 per beschikbare plek per dag voor de gemeentelijke opvang Oekraïners (GOO) hoger is dan de kosten die we maken.

Dit overschot kan nog wijzigen indien het Rijk besluit om het bedrag van de normvergoeding GOO te verlagen. In 2022 is dit ook tussentijds gebeurd. Vanuit informele contacten hebben we nu gehoord dat het Rijk naar alle waarschijnlijkheid het normbedrag 2023 niet gaat aanpassen. We hebben het verwachte voordeel daarom in de begroting meegenomen. Er lijkt geen verplichting te zijn om het voordeel aan het Rijk terug te betalen.

Het Rijk voert op dit moment ook een monitoring onderzoek voor 2024 uit naar de hoogte van de normbedragen. De verantwoordingssystematiek vanaf 2024 zal op basis van het onderzoek worden aangepast, zodat meer op werkelijke kosten verantwoord moet worden. Daarnaast wordt gekeken wat ze nog gaan repareren of faciliteren om overschotten over 2023 terug te laten betalen. Het is onduidelijk hoe lang de oorlog in Oekraïne nog voortduurt. Vooralsnog wordt er vanuit gegaan dat de opvang in 2024 een gelijke omvang heeft als in 2023. We gaan er vanuit dat het Rijk in 2024 overstapt op een vergoedingssysteem op basis van werkelijke kosten. Ook kunnen enkele kostenposten worden beperkt. Om die reden begroten wij voor 2024 zowel de uitgaven als inkomsten op € 30 miljoen.

Het Werkbedrijf Floriade is afgerond. Er resteert nog een incidenteel budget van € 0,34 miljoen. Dit kan vrijvallen.